Samanvatting Vrijdagpreek 10 Juli 2020 – Heren van uitmuntenheid

Résumé du Sermon du vendredi 10 juillet

KJ-Summary-EN-20200710     KJ-Summary-AR-20200710

KJ-Summary-UR-20200710     KJ-Summary-BN-20200710

 

Samenvatting Vrijdagpreek 10 juli 2020

Gegeven door Hazrat Khalifatul Masih Al-Khamis (aba)

Na Tashahhud, Ta’awwaz en recitatie van soerahAl-Fatehah zei Huzur-e-Anwar:

Zoals vorigevrijdag reeds vermeld, werd de Heilige Profeet (VZMH) door Allah de Almachtige geboden om de BanuQurayzahte straffen voor hun verraad en omwille vandeze reden werd er oorlog gevoerd tegen hen. De stam van de Banu Qurayzah had uiteindelijk een staakt-het-vuren geïnitieerd en had gevraagd dat Hazrat Sa’ad bin Ma’az r.a. naar hen zou komen om een beslissing te nemen na de onderhandelingen.

 

Hazrat MuslehMa’udr.a. sprak over deze veldslag en zei: Twintig dagen later (d.w.z. na de Slag van Ahzaab) konden de Moslims opgelucht ademhalen. De kwestie van de Banu Qurayzah moest nog opgelost worden en hun verraad kon niet vergeten worden. Bij zijn terugkomst vertelde de Heilige Profeet (VZMH) aan zijn metgezellen om niet te rusten maar om de forten van de BanuQurayzah voor valavond te bereiken. De Heilige Profeet (VZMH) heeft Hazrat Ali r.a. daarop naar hen gestuurd om te vragen waarom zij het verdrag hadden verbroken. In plaats van beschaamd te zijn begon de Banu Qurayzah stam Hazrat Ali r.a. en zijn kompanen te vervloeken en begonnen de vrouwen en andere familieleden van de Heilige Profeet (VZMH) ook te vervloeken. Ze zeiden datze Mohammed (VZMH) niet aanvaardenen zij geen akkoord met de Heilige Profeet (VZMH) hebben.

 

Tijdens zijn terugkeer met dit antwoord vervoegde Hazrat Ali r.a.de Heilige Profeet (VZMH) die samen met zijn metgezellen op weg was naar de Joodse forten. Hazrat Ali r.a. dacht dat de beledigingen van de Joden de Heilige Profeet (VZMH) zouden kwetsen. Hazrat Ali r.a. zei tegen hem, “O boodschapper van Allah, u kan terugkeren en wij zullen voor hen volstaan”. De Heilige Profeet (VZMH) zei daarop: “Wat dan als ze mij uitschelden. Zij beledigen hun eigen Profeet Musa a.s. en hij was één van hen. Zij hebben hem nog erger gekwetst.”Hierop hervatte hij zijn tocht naar de forten van de Joden.

 

De Joden hadden de poorten van hun forten gesloten en vatten een oorlog aan tegen de Moslims. Zelfs hun vrouwen namen deel aan deze oorlog. Na een paar dagen belegerd te zijn, beseften de Joden dat ze niet konden winnen tegen de Moslims. Zij hebben een boodschap gestuurd naar de Heilige Profeet (VZMH) om Hazrat Abu Lubaba Ansari r.a. naar hen te sturen voor advies. Toen Hazrat Abu Lubaba r.a. hen ontmoette vroegen de Joden aan hem of ze de vraag van de Heilige Profeet (VZMH) om zich over te geven moesten accepteren. Hoewel Hazrat Abu Lubaba r.a. ja zei, bewoog hij tegelijkertijd ook zijn hand over zijn keel als teken van moord. De Heilige Profeet (VZMH) had zijn beslissing nog niet gegeven. Hierop weigerden de Joden om de beslissing van de Heilige Profeet (VZMH) te accepteren. Indien ze de beslissing van de Profeet (VZMH) hadden aanvaard, zouden ze waarschijnlijk alleen uit Medina verbannen zijn geweest.

 

De Joden gaven daarop echter aan dat zij de beslissing, wat die ook mocht zijn, van Hazrat Sa’ad bin Ma’az r.a. zouden aanvaarden, die stamhoofd was van hun grootste bondgenoot, de Aus stam. Deze verklaring van de Joden werd ook aanvaard door de Heilige Profeet (VZMH) en Hazrat Sa’ad bin Ma’az r.a. werd aangesteld om deze beslissing te maken. Hazrat Sa’ad bin Ma’az r.a. heeft de Joden daarop veroordeeld volgens hun eigen religieuze boek: dat hun mannen gedood moesten worden en hun vrouwen, kinderen, vee en eigendommenin handen van de Moslims kwamen.

 

Hazrat MuslehMa’udr.a. schrijft dat,toen de Joden opgeroepen werden om de genadevolle beslissing van de Heilige Profeet (VZMH) te aanvaarden, ze deze weigerden en de voorkeur gaven aan hun eigen bondgenoot. Dat Hazrat Sa’ad bin Ma’azr.a. de beslissing maakte volgens de wetten van Mozes a.s. wordt door Christelijke historici bekritiseerd als een onrechtvaardigheid. Hazrat Musleh Ma’ud r.a. zegt dat, als er een onrechtvaardigheid is, deze te wijten is aan de wetten van Hazrat Mozes a.s. In feite deelde Hazrat Mozes a.s. zijn leer over het omgaan met vijanden alleen nadat hij deze had ontvangen van Allah de Almachtige.

 

Daarna besprak Huzur-e-Anwar enkele details van deze veldslag volgens de stellingen van Hazrat Mirza Bashir Ahmad Sahib en zei dat er nog details zijn met betrekking tot Hazrat Sa’ad bin Ma’az r.a. die volgende keer besproken zullen worden.

 

Tot slot vermeldde Huzur-e-Anwar de overledenen en kondigde hun gebed in afwezigheid aan na afloop van het Vrijdaggebed.