Samenvatting vrijdagpreek 18 jan 2019 – Heren van uitmuntendheid

 

Samenvatting Vrijdagpreek 18 januari 2019

Gegeven door Hazrat Khalifatul Masih Al-Khamis (aba)

Na Tashahhud, Ta’awwaz en recitatie van Soerah Al-Fatehah zei Huzur-e-Anwar:

Vandaag zal ik spreken over Hazrat Amir-bin-Faheera ra. We vinden over hem een zeer uitgebreide beschrijving terug in de geschiedenis. Hij was gekend als Abu-Umru en was een zwarte slaaf. Hij zou de geiten van Hazrat Abubakr r.a. meenemen om te laten grazen.

Wanneer de Heilige Profeet VZMH toestemming gaf voor Hijrat (migratie) ging hij naar het huis van Hazrat Abubakr r.a om alles voor te bereiden. Later beschreef de Heilige Profeet VZMH de details van Hijrat-e-Madina en de achtervolging van Siraqa. Hij zei: na het wachten in de grot gedurende twee dagen, werden zoals gepland rijpaarden gestuurd naar de grot en de Heilige Profeet VZMH en zijn metgezellen zijn vertrokken op twee (vrouwelijke) kamelen. De Heilige Profeet VZMH draaide zijn gezicht naar Mekka, de heilige stad waar hij geboren werd, waar hij het profeetschap ontving en waar zijn voorvaders sinds de tijden van Hazrat Ismaïl a.s. hadden geleefd. Hij keek een laatste keer en sprak de stad treurig toe, “O stad van Mekka, je bent mij de dierbaarste van alle plekken maar jouw volk staat mij hier geen leven toe”. Toen zei Hazrat Abubakr r.a. met veel spijt, “Deze mensen hebben hun profeet weggedreven. Nu zullen ze verwoest worden”.

Tijdens de migratie schreef de slaaf van Hazrat Abubakar r.a., Amir-bin-Faheera, een brief van vrede naar Siraqa op de instructie van de Heilige Profeet VZMH. Wanneer Siraqa begon terug te keren, onthulde Allah onmiddellijk zijn toekomstige toestand aan de Heilige Profeet VZMH. Dus zei hij tegen Siraqa, “Siraqa, hoe zult gij voelen wanneer de armbanden van Kisraa aan jouw handen geklonken zullen zijn?” Deze voorspelling werd in 16 of 17 Hijri vervuld, na ongeveer 16-17 jaar in het tijdperk van het Kalifaat van Hazrat Umar. Huzur-e-Anwar beschreef vervolgens de details van dit voorval.

Vervolgens zei hij dat Hazrat Amir-bin-Faheera ziek werd na zijn migratie naar Madina en uiteindelijk een volledig herstel maakte dankzij de gebeden van de Heilige Profeet VMZH. Hazrat Ayesha r.a. vroeg toestemming aan de Heilige Profeet VZMH om hem te bezoeken en hij stemde toe.

Er word gezegd dat Hazrat Amir-bin-Faheera r.a. vermoord werd door Amir-bin-Tufail en een zekere Jabbar-bin-Salmi. Toen hij de martelaarsdood stierf, sprak hij deze woorden uit: “Bij de Heer van de Ka’aba, ik ben geslaagd”.

Huzur-e-Anwar zei, “Zeer fortuinlijk zijn die mensen, zeker Hazrat Amir-bin-Faheera r.a. die de eer had om samen met de Heilige Profeet VZMH te migreren en werd toegewezen om hem te bevoorraden van voedsel in de grot van Saur. Moge Allah zijn rang blijven verhogen. Amin. ”