Samenvatting vrijdagpreek 06 Oct 2023 – Mohammed (sa): Het grote voorbeeld

KJ-Summary-NL-20231006            KJ-Summary-FR-20231006

KJ-Summary-UR-20231006            KJ-Summary-BN-20231006

 

Samenvatting vrijdagpreek 6 October 2023
Gegeven door Hazrat Khalifatul Masih V (aba)

Huzoor Anwar (aba) zei dat hij in de vorige preek verslag had gedaan van de moord op Asma bint Marwan en had gezegd dat er nog een tweede verzonnen incident was. Dit incident betreft de moord op de Joodse man Abu Afak. Hij zou mensen hebben aangezet tot vijandigheid tegen de Heilige Profeet (sa) en tevens de Heilige Profeet (sa) belachelijk gemaakt hebben doorheen zijn poëzie. Hazrat Salim (ra) wordt vermeld als degene die hem heeft gedood. Dit incident wordt niet bijgestaan door een authentieke bron. Het is vernoemd in sommige geschiedenisboeken. Maar de meest betrouwbare geschiedenisboeken vermelden dit incident niet. Net als bij het verhaal rond Asma, wordt ook gezegd dat hij uit vijandigheid is gedood.

Er zijn tegenstrijdigheden in verschillende verslagen over wie de werkelijke moordenaar was. Er zijn ook verschillen van mening over het motief voor deze moord. Sommigen zeggen dat het te maken had met het verschil in religie, terwijl anderen dan weer beweren dat het op bevel van de Heilige Profeet (sa) was uitgevoerd. Bovendien zijn er meningsverschillen over wanneer dit incident zou hebben plaatsgevonden. Als het al werkelijk had plaatsgevonden, zou het ergens moeten verschijnen in een verslag van vergelding door de Joodse bevolking. Maar er is niets dergelijks gevonden. Deze factoren tonen duidelijk aan dat dit een verzonnen incident is.

Hazrat Mirza Bashir Ahmad (ra) heeft opgemerkt dat dergelijke incidenten op een klaarblijkelijke manier zijn verzonnen om een beschuldiging tegen de Heilige Profeet (sa) te kunnen staven. Verschillende christelijke historici hebben, zoals gewoonlijk, naar deze gevallen verwezen op een zeer onaangename manier. Er wordt niet naar verwezen in de boeken van Ahadith en andere geschiedenisboeken. En waar het wordt vernoemd, zijn er veel verschillen in de overleveringen. De tijd waarin deze twee incidenten werden beschreven, valt samen met de tijd vóór de conflicten tussen moslims en Joden. De eerste oorlog tussen Joden en moslims was de Ghazwa Banu Qainqaa. Maar zelfs toen werd er geen melding gemaakt van dergelijke incidenten.

De traditionele Arabische methode, waarbij de hele stam verantwoordelijk werd gehouden, werd ook gestaakt en alleen de crimineel zou worden gedood en niet de hele stam. Ten eerste zijn deze incidenten niet bewezen waar te zijn. Zelfs als ze hypothetisch als echt worden beschouwd, kunnen ze gezien de omstandigheden van die tijd niet als verwerpelijk worden beschouwd. Dan, wat de zaak ook moge zijn, deze moorden waren de individuele acties van bepaalde moslims, die ze begingen nadat ze waren uitgelokt. De Heilige Profeet (sa) heeft geen dergelijk bevel gegeven. Het is een grote gunst van God dat Hij ons in staat heeft gesteld de Imam van het Tijdperk te herkennen, onder wiens leiding we dergelijke verhalen en incidenten analyseren om hun echtheid vast te stellen voordat we ze vernoemen. Bovendien weerleggen we elke beschuldiging die tegen de Heilige Profeet (sa) kan worden geuit. Huzoor Anwar (aba) bad dat Allah de Almachtige begrip zou schenken aan de zogenaamde geleerden die licht werpen op dergelijke incidenten alleen ten gunste van hun persoonlijk gewin.