“Iedereen heeft het recht om zijn geloof uit te dragen, maar enkel op vredevolle wijze” – Hoofd van Ahmadiyya Moslim Gemeenschap

12 mei 2016

PERSMEDEDELING

Hazrat Mirza Masroor Ahmad maakt opmerkingen tijdens interview met de Skansa Dagbladet krant in Zweden

Op 11 mei 2016 werd het Wereldwijde Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Khalifa (Kalief), Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad geïnterviewd door de Skansa Dagbladetkrant in de Mahmood Moskee in Malmö, Zweden.

Gevraagd naar de opmars van terrorisme en jeugdradicalisering, zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

 “Ik heb al geruime tijd gewaarschuwd dat Overheden strenge maatregelen dienen te treffen om terrorisme en extremisme geen voet aan de grond te geven. De Ahmadiyya Moslim Gemeenschap beschouwt alle vormen van extremisme als volledig indruisend tegen de islamitische leer. De waarheid is dat de Islam een religie van liefde en vrede is.”

Over het concept van Jihad zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Natuurlijk heeft iedereen het recht om zijn geloof uit te dragen, maar enkel op vredevolle wijze. Het gebruik van het zwaard en geweld kan niet gerechtvaardigd worden in deze tijd en druist volledig in tegen de islamitische leer. De Heilige Koran vermeldt duidelijk dat er geen dwang mag zijn in zaken aangaande religie.”

Op de vraag of hij naar Pakistan kan reizen, antwoordde Zijne Heiligheid dat het niet mogelijk zou zijn voor hem om zijn verplichtingen na te komen in Pakistan, aangezien Ahmadi Moslims als niet-Moslim worden beschouwd en hen niet wordt toegestaan om hun geloof met enige vrijheid te belijden.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Wat zou ik doen indien ik Pakistan zou bezoeken? Elke week luisteren Ahmadi Moslims van over de hele wereld naar mijn wekelijkse preek, maar in Pakistan zou het mij niet toegestaan zijn om deze te geven. In Pakistan is het mij door de wet niet eens toegestaan om mezelf Moslim te noemen of om het gebed te leiden of om onze boodschap van de Islam te prediken.”

Einde