Hoofd van Ahmadiyya Moslim Gemeenschap spreekt Nationale Opfrissingscursus voor Functionarissen van Lajna Imaillah VK toe

4 december 2016

PERSMEDEDELING

 

Hazrat Mirza Masroor Ahmad benadrukt het belang voor Ahmadi Moslim functionarissen om het goede voorbeeld te geven en nooit enig minderwaardigheidsgevoel te hebben inzage hun geloof

De Internationale Leider van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Khalifa (Kalief), Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad heeft op 4 december 2016 de slottoespraak gegeven ter gelegenheid van de Nationale Opfrissingscursus voor Functionarissen van Lajna Imaillah VK, de vrouwelijke hulporganisatie van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap.

De tweedaagse bijeenkomst, die plaatsvond in de Baitul Futuh Moskee in Londen en werd bijgewoond door meer dan 1.400 Ahmadi vrouwen, was gericht op het aanmoedigen en verbeteren van een positieve werkhouding onder de functionarissen van Lajna Imaillah.

Zijne Heiligheid ving zijn toespraak aan door te stellen dat functionarissen moeten trachten om te allen tijde de Almachtige God oprecht te dienen.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Jullie moeten steeds onthouden dat het aanbieden van jullie diensten aan de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap nooit zegeningen kan voortbrengen tenzij het enkel en alleen gebeurt om het welbehagen van de Almachtige Allah te zoeken en op deugd gebaseerd is.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad benadrukte de behoefte voor functionarissen om het goede voorbeeld te geven en zei:

“Als functionarissen is het aan jullie om het licht van Taqwa (deugd) hoog te houden om zodoende anderen doorheen de duisternis te loodsen. En voor jullie om op deze manier het pad voor anderen te verlichten, is het noodzakelijk dat jullie eigen gedrag voorbeeldig is en in overeenstemming met de leer en principes van de Islam.”

Zijne Heiligheid benadrukte in het bijzonder de behoefte aan nederigheid en het vermijden van arrogantie.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Voorwaar, die Ahmadi Moslims aan wie binnen de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap verantwoordelijkheden zijn toevertrouwd om garant te staan voor het morele en spirituele onderricht en het welzijn van de leden van de Gemeenschap, kunnen nooit succesvol zijn indien zij ten prooi vallen aan arrogantie of zichzelf op één of andere manier superieur wanen.” 

De Kalief vermelde de behoefte voor functionarissen om de verantwoordelijkheden binnen hun huishoudens te vervullen en zei dat zij het beste voorbeeld dienen te geven voor hun familieleden.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Functionarissen dienen rolmodellen te zijn met betrekking tot het aanbidden van de Almachtige Allah.Zij dienen thuis het beste model te zijn van moraliteit en deugdelijkheid zodat hun kinderen van hen kunnen leren. Voorwaar, functionarissen dienen ervoor te zorgen dat hun thuis vredevol, deugdelijk en toevluchtsoorden van spirituele genoegzaamheid blijven.”

Toen hij sprak over het belang voor Ahmadi vrouwen om zich trots te voelen over de leer van de Islam, zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Inzage jullie religie, dienen jullie geen enkele vorm van schaamte te voelen of een minderwaardigheidsgevoel te koesteren met betrekking tot enig onderwerp of islamitische onderricht. In plaats daarvan dienen jullie trots te zijn op jullie religie en haar leer openlijk beoefenen en verkondigen door middel van jullie woorden en daden. Dit geldt niet uitsluitend voor functionarissen, maar deze hebben zeer zeker een duidelijke plicht om het beste voorbeeld hierin te stellen.”

Zijne Heiligheid richtte de aandacht van de functionarissen ook op het vermijden van slecht gezelschap en slechte bijeenkomsten, omdat deze ingaan tegen de essentie van deugdzaamheid.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Deugdzaamheid vereist van een persoon dat deze niet aan deze bijeenkomsten deelneemt waar de Almachtige Allah of Zijn Boodschapper (vrede zij met hem) op eender welke wijze beledigd worden. Gelovigen dienen zeer zeker weg te blijven van alle bijeenkomsten waar mensen belachelijk worden gemaakt of waar men kwaad over mensen spreekt.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad vervolgde:

“Bijvoorbeeld, het is volkomen verkeerd om aanwezig te blijven wanneer mensen uitspraken maken tegen een broeder of zuster, zelfs wanneer zij persoonlijk niet actief deel nemen aan het gesprek. In het aanzien van Allah, is het enkel en alleen stilzwijgend aanhoren wanneer dergelijke gesprekken plaatsvinden tegen het principe van deugdzaamheid.”

Met betrekking tot het onderwerp hoe te zorgen voor een evenwicht tussen hun werk voor de gemeenschap en familieplichten, adviseerde Zijne Heiligheid de Lajna Imaillah functionarissen om dit te bespreken met hun echtgenoten om zo voorzichtig tot een passend schema te komen.

Zijne Heiligheid zei dat in die instanties waar vrouwelijke functionarissen druk bezig zijn met hun werk voor Lajna Imaillah, hun echtgenoten hier geen probleem van mogen maken.

Zijne Heiligheid zei echter dat dit er niet toe mag leiden dat Lajna Imaillah functionarissen zelf voldaan worden inzage hun verantwoordelijkheden naar hun kinderen toe.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Vergeet nooit dat, als moeders, het jullie hoofdtaak is om persoonlijk te zorgen voor de morele training van jullie kinderen en om hen op te voeden in overeenstemming met de islamitische leer. Daarom dienen jullie, in de mate van het mogelijke, thuis aanwezig te zijn wanneer jullie kinderen thuiskomen van school.” 

Vervolgens zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Het mag niet zo zijn dat jullie buitenshuis betrokken zijn bij Lajna werk en behoren tot diegenen die beschouwd worden als een voorbeeld voor anderen, terwijl jullie binnenshuis jullie plichten niet nakomen wanneer het aankomt op de morele en spirituele opvoeding van jullie eigen kinderen.”

Zijne Heiligheid vestigde de aandacht van de aanwezigen op het belang aan het ontwikkelen van hun spiritualiteit en deugdzaamheiden zei dat het zoeken naar kennis door het lezen van de Heilige Koran enorm belangrijk is om dit te bereiken.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Alle functionarissen dienen regelmatig de Heilige Koran te reciteren en te zoeken naar diens kennis en begrip. Jullie dienen te zien wat de Koran verkondigt en verbiedt en enkel dan zullen jullie je in een positie bevinden om een voorbeeld te stellen dat anderen kunnen volgen. Enkel dan zullen jullie woorden genoeg draagkracht en invloed hebben op anderen.”

Zijne Heiligheid vertelde over het visioen van de Tweede Kalief van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, Hazrat Mirza Bashir-ur-din Mahmood Ahmad, die de hulporganisatie Lajna Imaillah in het leven had geroepen, en zei dat Lajna programma’s platvormen dienen te zijn voor

“stimulerendeeninspirerende”

gebeurtenissen.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Jullie dienen regelmatig religieuze discussies, seminaries en gesprekken te houden, die op een dergelijke manier gevoerd worden dat zij interessant zijn voor mensen van alle leeftijden en achtergronden.  Daarnaast dient elke functionaris blijk te geven van de hoogste normen van liefde voor de Almachtige Allah, de Heilige Profeet (vrede zij met hem) en de Beloofde Messias (vrede zij met hem).”

Tot slot van zijn toespraak bad Zijne Heiligheid:

“Moge Allah jullie allen de mogelijkheid schenken om jullie verantwoordelijkheden op de best mogelijke manier te vervullen. Moge Allah blijvend Zijn zegeningen op Lajna Imaillah laten neerdalen. Ameen.”

De opfrissingscursus bestond uit verscheidene workshops, lezingen en presentaties om goede gebruiken van verscheidene afdelingen van Lajna Imaillah te delen en bespreken.

De secretaresses van Nasirat-ul-Ahmadiyya, de kinderafdeling van Lajna Imaillah,werden ook gevraagd om te stemmen voor één van 5 goede doelen die gesteund zou worden door Nasirat-ul-Ahmadiyya doorheen het VK. Het goede doel “War Child” werd verkozen tot het nationale goede doel voor het hele jaar.

Einde