Hoofd van Ahmadiyya moslim gemeenschap geeft historische toespraak in nationaal parlement van Nederland [NL/FR]

7 oktober 2015

PERSMEDEDELING

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zegt dat de Islam universele religieuze vrijheid garandeert en roept wereldmachten op tot rechtvaardig handelen

2015-10-06-Dutch-Parliament-001

Op 6 oktober 2015, gaf het Wereldwijde Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Khalifa (Kalief), Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad, een historische toespraak ter gelegenheid van een speciale sessie van het Permanente Commité voor Buitenlandse Zaken, die plaatsvond in het Nationale Parlement van Nederland in de hoofdstad Den Haag voor een publiek van meer dan 100 hoogwaardigheidsbekleders en genodigden.

Bij zijn aankomst om 16.35 werd Hazrat Mirza Masroor Ahmad begroet door Harry van Bommel (Tweede Kamerlid en Gedeputeerd Voorzitter van het Permanente Commité voor Buitenlandse Zaken), die Zijne Heiligheid vergezelde naar de zaal waar het Commité bijeenkomt.

De formele sessie ving aan met een openingswoord van Mr. van Bommel, waarin hij Zijne Heiligheid verwelkomde in het Parlement en waarbij hij de leden van het Commité voorstelde.

Hij verwelkomde daarnaast ook verscheidene buitenlandse Parlementariërs, Ambassadeurs and notabelen uit verscheidene landen zoals Albanië, Croatië, Ierland, Montenegro, Spanje en Zweden.

2015-10-06-Dutch-Parliament-003

Daarna gaf Hazrat Mirza Masroor Ahmad de hoofdtoespraak, waarin hij de bedreiging van vrede en veiligheid in de wereld als het meest kritieke aandachtspunt van onze tijd afschilderde.

Zijne Heiligheid presenteerde oplossingen voor courante problemen waarmee de wereld geconfronteerd wordt gebaseerd op de leerstellingen van de Heilige Koran. Hij riep de wereldmachten ook op om minder economisch ontwikkelde naties te helpen en af te zien van hun exploitatie.

Over het alsmaar toenemende gebrek aan vrede in de wereld zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“In de wereld van vandaag zien we dat onze aandacht steeds wordt gevestigd op bepaalde problemen die continu worden afgeschilderd als de voornaamste problemen van onze tijd. Als we objectief naar de situatie kijken, komen we echter tot de vaststelling dat wereldvrede en veiligheid de meest hachelijke problemen zijn van onze tijd. Met elke dag die voorbij gaat, wordt de wereld alsmaar onstabieler en gevaarlijker, en aan de basis hiervan liggen een aantal potentiele oorzaken.” 

2015-10-06-Dutch-Parliament-004

Zijne Heiligheid zei dat verschillende factoren vrede en veiligheid in de wereld beïnvloeden, waaronder wereldwijde economische instabiliteit; een gebrek aan rechtvaardigheid en vertrouwen tussen overheden en gewone mensen; en de toenemende ongelijkheid tussen ontwikkelde en ontwikkelingslanden.

De religieuze leider zei dat noch de Islam, noch eender welke andere religie schuld kan treffen voor de gewelddadige activiteiten van extremisten.

2015-10-06-Dutch-Parliament-005

Zijne Heiligheid noemde de notie dat de Heilige Koran of de Profeet van de Islam (vrede zij met hem) ooit hebben aangezet tot enige vorm van extremisme of terrorisme “een onrechtvaardigheid van de allerhoogste orde”.

2015-10-06-Dutch-Parliament-006

Verwijzend naar het onophoudelijke streven naar vrede van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Ik, en met mij alle waarachtige Ahmadi Moslims, maken geen deel uit van diegenen die op dit ogenblik wanorde en onrust creëeren of eraan deelnemen. Wij zijn daarentegen diegenen die hunkeren naar vrede in de wereld. Wij zijn diegenen die ernaar streven om de wereld te genezen. Wij zijn diegenen die pogen de mensheid te verenigen. Wij zijn diegenen die ernaar streven alle haat en vijandigheid om te zetten in liefde en affectie. En wij zijn boven alles diegenen die elke mogelijke poging aangrijpen om wereldvrede te behartigen.” 

2015-10-06-Dutch-Parliament-007

Hazrat Mirza Masroor Ahmad vervolgde:

Als religieuze leider wens ik te zeggen dat, in plaats van elkaar de schuld te geven en te provoceren, we onze aandacht moeten toespitsen op het opbouwen van waarachtige en langdurige wereldvrede.”

Later citeerde Hazrat Mirza Masroor Ahmad een aantal verzen uit de Koran, die bewezen dat de Islam zich inzet voor religieuze vrijheid en universele mensenrechten.

2015-10-06-Dutch-Parliament-008

Zijne Heiligheid verklaarde verder dat de oorlogen die werden gevochten door de Heilige Profeet (vrede zij met hem) en de eerste Moslims volkomen defensief van aard waren en dat zij werden gevochten om de principes van religieuze vrijheid en vrijheid van geloof veilig te stellen.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“In hoofdstuk 2, vers 194, heeft Allah de Moslims bevolen dat het hen niet toegestaan is om deel te nemen aan een strijd of oorlog waar religieuze vrijheid reeds van kracht is. Zodoende heeft geen enkel Moslim land, groepering of individu het recht om zich bezig te houden met enige vorm van geweld, oorlogvoering of anarchie, noch tegen de staat of haar bevolking.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad vervolgde:

“Eenvoudig gesteld zijn de overheden in Europa en in het Westen seculier van aard en dus kan een Moslim nooit het recht hebben om de wetten van het land te overtreden, om de overheid met geweld tegen te werken of om op te sporen tot enige vorm van verzet of opstand.” 

2015-10-06-Dutch-Parliament-009

Over het allergrootste belang van rechtvaardigheid in internationale betrekkingen zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“De Islam onderwijst ons dat in alle omstandigheden, ongeacht hoe moeilijk van aard, men stevig vast moet blijven houden aan de principes van rechtvaardigheid en integriteit … De waarheid is dat duurzame vrede pas tot stand kan komen wanneer er rechtvaardigheid te vinden is op elk niveau van de samenleving.”

Met betrekking tot de verbintenis van de Islam aan universele religieuze vrijheid zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Naar alle waarheid garandeert de Islam de vrijheid, vrijdom en bescherming van aanhangers van alle religies. De Islam beschermt de rechten van elk individu om zijn of haar gekozen pad of geloofsovertuiging te volgen.” 

Hazrat Mirza Masroor Ahmad herhaalde zijn ongerustheid voor de wereldveiligheid en zei:

“De wereld heeft op dit ogenblik een wanhopige behoefte aan vrede en veiligheid. Dit is het meest prangende probleem van onze tijd. Alle naties en volkeren moeten samenkomen en zich verenigen voor het gemeenschappelijke goed en in hun pogingen om een halt toe te roepen aan alle vormen van wreedheid, vervolging en onrechtvaardigheid die worden begaan in de naam van religie of in eender welke andere vorm. Dit omvat ook het bespotten van eender welke religie, wat kan leiden tot frustraties en wraakzucht en dit omvat natuurlijk ook de haatdragende activiteiten van extremistische groeperingen die hun wrede daden valselijk proberen te rechtvaardigen in de naam van religie.” 

2015-10-06-Dutch-Parliament-011

In zijn conclusie riep Zijne Heiligheid de grootmachten op om alle vormen van exploitatie van zwakkere naties stop te zetten.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Vandaag zien we dat veel Eerste Wereldlanden hun investeringen in armere landen en ontwikkelingslanden opdrijven. Het is uitermate belangrijk dat zij met rechtvaardigheid handelen en pogen deze naties te helpen en niet om enkel hun natuurlijke grondstoffen en goedkope arbeidskrachten aan te wenden voor hun eigen winstgevende praktijken.” 

Hazrat Mirza Masroor Ahmad vervolgde:

“Zij (welvarende naties) moeten ernaar streven om het merendeel van wat zij verdienen opnieuw te investeren in armere landen en om hun overvloed aan te wenden om de ontwikkeling van plaatselijke bevolkingen te steunen en te doen bloeien. Als de ontwikkelde landen op deze wijze handelen, zal het niet enkel voordelen bezorgen aan de armere landen, maar zal het wederzijds voordelig blijken. Het zal vertrouwen en geloof doen toenemen en frustraties wegnemen die aan het opbouwen zijn. Het zal een manier zijn om de plaatselijke economieën te doen groeien, wat op zijn beurt zal bijdragen aan de wereldeconomie en aan een gezond financieel klimaat op wereldvlak.” 

2015-10-06-Dutch-Parliament-012

Na de conclusie van zijn toespraak kregen leden van het Permanente Commité de mogelijkheid om Zijne Heiligheid vragen te stellen over verscheidene thema’s zoals religieuze vrijheid, vrijheid van meningsuiting, de huidige vluchtelingencrisis en de vervolging van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap.

Nadien ontmoette Zijne Heiligheid verscheidene hoogwaardigheidsbekleders en genodigden en kreeg hij ook een rondleiding van bepaalde historische kamers in het Parlement.

2015-10-06-Dutch-Parliament-013

2015-10-06-Dutch-Parliament-014

2015-10-06-Dutch-Parliament-015

En français

Le 7 ocotbre 2015

Communiqué de presse

Le Calife prononce un discours sur la paix au Parlement des Pays-Bas

Le cinquième Calife de la Communauté Ahmadiyya a cité plusieurs versets du Saint Coran dans le discours qu’il a prononcé le 6 octobre 2015 lors d’une séance spéciale du Comité permanent des affaires étrangères au Parlement des Pays-Bas dans la capitale Den Haag (La Haye) devant une salle comble de plus de 100 invités et dignitaires.

À son arrivée à 16h35, Hadhrat Mirza Masroor Ahmad a été accueilli par Harry van Bommel, membre de la Chambre des représentants et vice-président du Comité permanent des affaires étrangères, qui l’a escorté jusqu’à la Salle du Comité.

Harry van Bommel a également accueilli divers parlementaires étrangers, ambassadeurs et dignitaires de divers pays dont l’Albanie, la Croatie, l’Irlande, le Monténégro, l’Espagne et la Suède.

Par la suite, le Calife a prononcé un discours au cours duquel il a jugé que la menace à la paix et la sécurité mondiales était la question cruciale de notre époque.

Le Calife a donné des solutions aux problèmes auxquels le monde fait face, tirées des enseignements du Saint Coran. Il a également appelé les puissances mondiales à soutenir les nations les moins développées économiquement et à renoncer à l’exploitation.

« Dans le monde d’aujourd’hui, nous constatons que certaines questions sont constamment mises en évidence et labélisées comme les problèmes les plus importants de notre temps. Si nous analysons la situation objectivement, nous nous rendons compte que la paix et la sécurité mondiales sont en effet la question la plus critique de notre époque. Incontestablement, avec chaque jour qui passe, le monde devient de plus en plus instable et dangereux et il y a un certain nombre de causes potentielles de ceci, » a déclaré le Calife.

Il a expliqué qu’il y avait divers facteurs affectant la paix et la sécurité dans le monde, dont entre autres l’instabilité économique mondiale, un manque de justice et une perte de confiance entre les gouvernements et la population et l’écart croissant entre les pays développés et les pays en voie de développement.

Le Chef religieux a déclaré que ni l’islam, ni aucune autre religion, ne sauraient être blâmés pour les actes de violence des extrémistes. Il a déclaré que l’idée que le Coran ou le Prophète de l’Islam (que la paix soit sur lui) ait jamais préconisé un extrémisme ou une forme de terrorisme quelconque est ‘une des plus grandes injustices’.

Se référant à l’engagement indéfectible de la Communauté musulmane Ahmadiyya pour la paix, Hadhrat Mirza Masroor Ahmad a affirmé: « Ni aucun musulman Ahmadi sincère ni moi ne figurons parmi ces gens qui créent ou qui participent au désordre et aux conflits d’aujourd’hui. Au contraire, nous sommes ces gens qui désirent la paix dans le monde. Nous sommes ces gens qui cherchent à guérir le monde. Nous sommes ces gens qui cherchent à unir les hommes. Nous sommes ces gens qui cherchent à transformer toutes les haines et les inimitiés en amour et en affection. Et très certainement, nous sommes ces gens qui font tous les efforts possibles en vue d’établir la paix mondiale. En tant que chef religieux, je tiens à dire qu’au lieu de blâmer et de provoquer les uns les autres, nous devrions nous concentrer sur la construction réelle et durable de la paix dans le monde. »

Plus tard, Hadhrat Mirza Masroor Ahmad a cité un certain nombre de versets coraniques qui prouvent que l’Islam était synonyme de liberté religieuse et de respect des droits de l’homme universels. Puis il a expliqué que les guerres menées par le Saint Prophète (paix soit sur lui) et les premiers musulmans étaient entièrement de nature défensive et avaient été menées afin de protéger les principes de la liberté de religion et de croyance : « Dans le chapitre 2, verset 194, Dieu a averti les musulmans qu’ils n’étaient pas autorisés à livrer bataille ou mener une guerre là où la liberté religieuse existe déjà. Par conséquent, aucun pays, groupe ou individu musulman n’a le droit de se mêler à aucune forme de violence, à la guerre ou à l’anarchie contre l’état ou ses citoyens. Tout simplement, en Europe et dans l’Occident, les gouvernements sont laïcs et de ce fait un musulman n’aura jamais le droit de violer les lois du pays, de s’opposer violemment au gouvernement ou d’être impliqué dans une forme de rébellion ou d’insurrection quelconque. »

Parlant de l’importance primordiale de la justice dans les relations internationales, Hadhrat Mirza Masroor Ahmad a déclaré : « L’Islam enseigne que dans tous les cas, peu importe la difficulté, l’on doit rester fermement attaché aux principes de justice et d’intégrité… La vérité est que la paix durable ne pourra jamais être établie jusqu’à ce qu’il y ait la justice à tous les strates de la société. »

Se référant à l’engagement de l’Islam pour la liberté religieuse universelle, Hadhrat Mirza Masroor Ahmad a affirmé : « En vérité, l’Islam garantit la liberté, l’indépendance et la protection des personnes de toutes les religions. L’Islam garantit le droit de chaque individu à suivre son propre chemin ou la conviction qu’il a choisie. »

Le Calife a réitéré ainsi sa préoccupation à propos de l’apaisement des tensions dans le monde : « Le monde se retrouve dans un besoin désespéré de paix et de sécurité. Telle est la question urgente de notre temps. Toutes les nations et tous les peuples doivent se rejoindre pour le plus grand bien et unir leurs efforts pour mettre fin à toutes les formes de cruauté, de persécution et d’injustice perpétrées au nom de la religion ou de toute autre manière. Cela comprend les moqueries envers toutes les religions qui peuvent engendrer des frustrations et du ressentiment et cela comprend bien sûr également les activités haineuses de groupes extrémistes qui justifient faussement leurs actes malveillants au nom de la religion. »

En conclusion, le Calife a appelé les grandes puissances à renoncer à toutes les formes d’exploitation des nations plus faibles : « Aujourd’hui, nous remarquons que de nombreux pays développés accroissent leurs investissements dans les pays pauvres et les pays en développement. Il est impératif qu’ils agissent avec justice et cherchent à aider les nations et non simplement utiliser leurs ressources naturelles et leur main-d’œuvre bon marché pour leurs propres gains nationaux et leurs profits. Ils (les pays riches) devraient chercher à réinvestir la majorité de ce qu’ils gagnent dans les pays les plus pauvres et d’utiliser cette richesse pour aider les populations locales à se développer et à prospérer. Si les pays développés agissent de cette façon, ce ne sera pas uniquement bénéfique pour les pays les plus pauvres, mais cela se révélera mutuellement bénéfique. Cela permettra de faire grandir un sentiment de confiance et de se débarrasser des frustrations qui s’accumulent. Ce sera un moyen d’améliorer les économies locales qui élèvera en retour l’économie mondiale et la santé financière du monde. »

 

Après son discours, les membres du Comité permanent ont eu l’occasion de demander au Calife ses opinions sur un éventail de questions, y compris la liberté religieuse, la liberté de parole, la crise des réfugiés et la persécution de la Communauté musulmane Ahmadiyya.

Par la suite, le Calife a personnellement rencontré plusieurs dignitaires et invités et a également eu droit à une visite de certaines salles historiques du Parlement.

 

Einde

Voor meer informatie: media@pressahmadiyya.com