KJ-Summary-NL-20240131 KJ-Summary-FR-20240131
KJ-Summary-UR-20240131 KJ-Summary-BN-20240131
Samenvatting vrijdagpreek 31 Januari 2025
Gegeven door Hazrat Khalifatul Masih V (aba)
In de vroige vrijdagpreek werd de levensgeschiedenis van de Heilige Profeet (sa) verder besproken. Huzoor-e-Anwar (aba) vertelde meer over de Slag bij Dhi Qard. Hij zei dat toen de moslims, samen met de Heilige Profeet (sa) het kamp van de vijand bereikten, ze ontdekten dat de vijand al was gevlucht. Op de plek vonden ze het paard van Hazrat Abu Qatadah (ra), waarvan de pezen waren doorgesneden.
Het moslimleger ging verder en stuitte op een lichaam. De metgezellen dachten dat Hazrat Abu Qatadah (ra) misschien was gemarteld. Maar de Heilige Profeet (sa) verduidelijkte: “Nee, hij is achter de vijand aan gegaan.” Toen ze verder gingen, ontdekten ze dat het lichaam van een vijand was. Kort daarna arriveerde Hazrat Abu Qatadah zelf op de plaats. De Heilige Profeet (sa) zond hem zegeningen en gebeden.
Hazrat Salamah (ra) achtervolgde de vijand en had hun toegang tot water geblokkeerd. Hij vroeg de Heilige Profeet (sa) om toestemming om actie te ondernemen met enkele metgezellen. De Heilige Profeet (sa) antwoordde: “Je hebt ze onder controle; wees nu mild.”
In deze slag gaf de Heilige Profeet (sa) Hazrat Salamah bin Akwa’ (ra) zowel een deel voor een voetsoldaat als voor een bereden strijder. De Heilige Profeet (sa) liet hem achterop de kameel rijden en zei: “Vandaag is onze beste ruiter Abu Qatadah (ra), en onze beste voetsoldaat Salamah (ra).” De Heilige Profeet (sa) verbleef vijf nachten buiten Medina tijdens deze expeditie.
In deze slag werden drie moslims gemarteld, terwijl ongeveer vijf ongelovigen werden gedood. De aanvallers hadden de vrouw van Hazrat Abu Zar (ra) meegenomen. Op een nacht slaagde ze erin te ontsnappen en reed ze op de kameel van de Heilige Profeet (sa), die door de vijand was meegenomen, op weg naar Medina. Ze beloofde dat als de kameel haar veilig terugbracht, ze hem zou offeren. Bij haar aankomst in Medina ontdekte ze dat de kameel van de Heilige Profeet (sa) was. De Heilige Profeet (sa) legde toen uit: “Het is niet toegestaan om een belofte te doen over iets dat niet van jou is.”
Voordat hij op expeditie naar Khyber vertrok, stuurde de Heilige Profeet (sa) Hazrat Aban (ra) met enkele metgezellen naar Najd om Medina te beschermen. Na de overwinning in Khyber sloten ze zich weer bij de Heilige Profeet (sa) aan in Khyber.
Daarna werd de Slag bij Khyber besproken, die ongeveer 96 mijl ten noorden van Medina plaatsvond. Khyber was een vruchtbare vallei waar volgens de geschiedenis de joden zich sinds de tijd van Hazrat Musa (as) hadden gevestigd. Ze woonden in goed versterkte kastelen en werden steeds vijandiger tegenover de islam.
De joden van Medina, die steeds vijandiger werden, werden met vriendelijkheid en vergeving behandeld door de Heilige Profeet (sa). Echter, toen ze in opstand kwamen en hun verdragen braken, werden ze uit Medina verbannen. Sommige van deze stammen vestigden zich in Khyber. In plaats van zich te hervormen, speelden ze later een grote rol in de Slag bij Ahzab, waar ze een leger van bijna 15.000 man tegen de moslims brachten. Het werd noodzakelijk om actie tegen hen te ondernemen om de vrede en stabiliteit in de samenleving te herstellen na dergelijke daden.
Deze slag vond plaats in de maand Muharram in het 7e jaar van de Hidjra. De Heilige Profeet (sa) vertrok met 1.600 metgezellen naar Khyber. De Koran beschreef het als een grote overwinning (Fath-e-Azeem). De openbaring van Surah Al-Fath, die deze overwinning voorzegde, was al geopenbaard na de terugkeer van het Verdrag van Hudaibiyyah.
De Heilige Profeet (sa) gaf opdracht dat alleen degenen die met hem waren tijdens het Verdrag van Hudaibiyyah zouden deelnemen aan de expeditie naar Khyber. Dit is de eerste slag waarin de vlag wordt genoemd, omdat voorheen alleen kleine banieren werden gebruikt. Onder de aanwezigen in de strijd was Ummul-Mu’minin Hazrat Salmah (ra), en enkele andere vrouwelijke metgezellen namen ook deel aan de expeditie.
Toen het nieuws van de voorbereidingen van het moslimleger voor Khyber de joden van Medina bereikte, wisten ze dat als de moslims Khyber binnengingen, ze vernietigd zouden worden. Als reactie daarop begonnen ze onmiddellijk hun schulden van de moslims op te eisen. Ze stuurden ook berichten naar de mensen van Khyber over de beweging van het moslimleger.
Toen de joden van Khyber het nieuws ontvingen, hielden ze een vergadering om te bespreken hoe ze zich tegen de moslims zouden verzetten. Er was een verschil van mening onder hen. Sommigen stelden voor zich te verdedigen door hun positie te versterken, terwijl anderen betoogden dat ze de moslims buiten moesten confronteren. Salman bin Mushkam stelde voor om naar Medina zelf op te marcheren en aan te vallen. In hun arrogantie verklaarde de leider van Khyber dat hun forten sterker waren dan die van Yathrib (Medina), en dus besloten ze zich binnen hun fortificaties te vestigen. Ze stuurden ook een delegatie naar andere stammen om krijgers voor hun verdediging te verzamelen.
Het resterende, Insha’Allah, zal later worden voortgezet.
Huzoor-e-Anwar (aba) noemde enkele overleden leden en hun deugden. Moge Allah de Almachtige Zijn genade en vergiffenis schenken aan de zielen van de overledenen en geduld en kracht geven aan hun families. Ameen.