Samenvatting Vrijdagpreek 31 dec 2021 : Mensen van uitmuntenheid – Hazrat Abu Bakr (ra)

Résumé du sermon du vendredi 31 décembre 2021

KJ-Summary-EN-20211231                          KJ-Summary-UR-20211231

 

Samenvatting vrijdagpreek 31 December 2021

Gegeven door Hazrat Khalifatul Masih Al-Khamis (a.b.a.)

 

Na Tashahhud, Ta’awwuz en Surah al-Fatihah reciteerde Zijne Heiligheid Hazrat Mirza Masroor Ahmad (aba) het volgende vers:

“Als gij hem (de profeet) niet helpt, voorzeker Allah hielp hem, toen de ongelovigen hem verdreven – toen hij één van de twee was – en zij beiden in de grot waren en hij tot zijn metgezel zeide: “Treur niet, want Allah is met ons.” Toen zond Allah Zijn vrede op hem neder en versterkte hem met scharen die gij niet zaagt en vernederde het woord van de ongelovigen en Allah’s woord is het allerhoogste. En Allah is Almachtig, Alwijs.” (9:40)

Zijne Heiligheid (aba) zei dat hij verder zougaan met het behandelen van incidenten in verband met Hazrat Abu Bakr’s (ra) reis naar de grot van Thaur. De bovengenoemde verzen zijn geopenbaard door God de Alamachtige in het licht van dit incident. Zijne Heiligheid (aba) zei, naargelang de ongelovigen naast de grot stonden werd Hazrat Abu Bakr (ra) steeds meer ongerust dat zij de Heilige Profeet (vzmh) zouden vinden. Wanneer de Heilige Profeet (vzmh) hem bezorgd zag stelde hij hem gerust, “Treur niet, want Allah is met ons”.

Zijne Heiligheid (aba) zei dat Hazrat Abu Bakr (ra) volgens een andere verslagzijn zorgen uitdrukte aan de Heilige Profeet (vzmh). Hij (vzmh) antwoorde, “We zijn niet alleen want de de derde bij ons is God?”. Zijne Heiligheid (aba) citeerde Hazrat Mirza Bashiruddin Mahmud Ahmad (ra), die zei dat ondanks het feit dat ze in een situatie waren waarbij de vijand direct buitenstond, waarbij ze gezien zouden worden als de vijand zou binnenkijken, de Heilige Profeet (vzmh) standvastig bleef in zijn vertrouwen in God. Zijn vertrouwen was zo sterkdat de zorgen van Hazrat Abu Bakr (ra) ook wegebden.

Zijne Heiligheid (aba) citeerde de Beloofde Messias (as) die zei dat het tijdensdeze moeilijke tijd was dat Hazrat Abu Bakr (ra) zijn ijveren vertrouwen werkelijk heeft getoond. De ongelovigen waren vastbesloten om de Heilige Profeet (vzmh) te vermoorden maar ongeacht de gevolgen in de toekomst bleef Hazrat Abu Bakr (ra) standvastig aan de zij van de Profeet (vzmh). Bovendien  koos de Heilige Profeet (vzmh) Hazrat Abu Bakr (ra) uit al zijn metgezellen om hem te vergezellen gedurende deze moeilijke periode. Dit was mogelijk door goddelijke kennis die aan de Heilige Profeet (vzmh) geschonken werd door Allah de Alamchtige. Hij informeerde de Heilige Profeet (vzmh) dat Hazrat Abu Bakr (ra) de meest geschiktepersoon was om hem te vergezellen.

Hazrat Asma (ra), de dochter van Hazrat Abu Bakr (ra),verteldedat wanneer haar vader migreerde, hij hetgrootste deel van zijn bezittingen meenam die tussen 5 en 6 duizend dirham waard was. Ze zegt dat wanneer haar grootvader, die blind was, hierover hoorde, zei dat dit hen in een crisis zou kunen storten. Hazrat Asma (ra) stelde haar grootvader gerust dat Hazrat Abu Bakr (ra) genoeg rijkdom had achtergelaten voor hen. Ze heeft haar blind grootvader dan een stapel stenen laten raken waardoor hij gerustgesteld werd.

Zijne Heiligheid (aba) zei dat Abdullah bin Uraiqit na drie dagen, zoals gepland, drie kamelen bracht naar de grot waarnaze vertrokken in de nacht naar Medina. Zijne Heiligheid (aba) heeft verschillende meningen van geleerden overgeleverd met betrekking tot de datum waarop ze vanuit de grot naar Medina vertrokken.

Zijne Heiligheid (aba) zei dat de de Heilige Profeet (vzmh) op een kameel genaamd al-Qaswa reed. Wanneer ze vertrokken keek de Heilige Profeet (vzmh) in de richting van Mekka en zei, “O Mekka, je bent me het meest dierbaar maar jouw volk laat me niet blijven”. Hazrat Abu Bakr (ra) zei dan, “Deze mensen zullen zeker omkomen omdat ze hun profeet hebben verdreven”.

 Zijne Heiligheid (aba) zei dat wanneer zij Juhfa bereikten, openbaarde God de volgende vers:

“Voorwaar, Hij, Die de verkondiging van de Koran u oplegde, zal u tot de plaats van terugkeer brengen. Zeg: “Mijn Heer weet het beste wie de ware leiding heeft gebracht en wie op een openlijk dwaalspoor is.” (28:86)

Zijne Heiligheid (aba) zei dat het nieuwe jaar morgen aanvangt. Hij baddat Allah dit een gezegende jaar zou maken voor de gemeenschap en haar leden. Moge de gemeenschap beschermd worden van alle kwaad en moge alle samenzweringentegen de gemeenschap verijdelen.  Moge we tot diegenen behoren die de vervulling zien van de belofte gemaakt door Allah aan de Beloofde Messias (as). Zijne Heiligheid (aba) zei dat wij een nieuw jaar met gebeden moeten beginnen. Tahajjud (vrijwillige gebeden voor de dageraad) moeten gebeden worden en dit wordt door veel moskeeën geregeld.  Degene die hiervoor nog geen plannen gemaakt heeftzou het wel moeten doen. Indien een congregatie niet mogelijk is moeten de mensen individueel Tahajjud bidden in hun huizen.

Zijne Heiligheid (aba)  zei dat Durood Sharif (begroeting aan de Heilige Profeet (vzmh) ) en Istaghfar(vergiffenis vragen) gereciteerd moeten worden en de volgende gebeden moeten aangeboden worden:

Onze Heer, laat ons hart niet afdwalen nadat Gij ons hebt geleid en schenk ons Uw barmhartigheid; waarlijk, Gij zijt de Milddadige.” (3:9)

 “En hun woord was slechts: “Onze Heer, vergeef ons onze zonden en de buitensporigheden in ons gedrag en maak ons standvastig en help ons tegen het ongelovige volk.”(3:148)