Samenvatting vrijdagpreek 21 Juli 2023 – Mohammed (sa): Het grote voorbeeld

KJ-Summary-NL-20230721              KJ-Summary-UR-20230721

 

Samenvatting vrijdagpreek 21 Juli 2023
Gegeven door Hazrat Khalifatul Masih V (aba)

In de preek van vandaag, sprak Huzur (aba) over de gebeurtenissen na de slag bij Badr. Zijne Heiligheid (aba) vertelde dat na de slag onder de krijgsgevangenen de oom van de Heilige Profeet (sa), Abbas, aanwezig was. Nadat de gevangenen naar de Heilige Profeet (sa) werden gebracht, kon deze ’s nachts de slaap niet vatten. Iemand vroeg de Heilige Profeet (sa) waarom hij niet kon slapen, waarop hij antwoordde dat het kwam door het gehuil van Abbas. Daarop ging iemand ernaartoe en maakte de ketens van Abbas los. De Heilige Profeet (sa) vroeg wat er gebeurd was, omdat hij het gehuil van Abbas niet meer hoorde. Toen hem werd verteld dat zijn ketens werden losgemaakt, gaf de Heilige Profeet (sa) opdracht hetzelfde te doen voor alle gevangenen, zodat er geen onderscheid was in de behandeling van de gevangenen.

De Heilige Profeet (sa) gaf zijn metgezellen opdracht om vriendelijk te zijn tegen alle gevangenen. Onder deze gevangenen, vertelde ene genaamd Abu ‘Aziz bin’ Umair het volgende: “Vanwege de aansporing van de Heilige Profeet (sa) gaven de Ansar mij gebakken brood, terwijl zij zelf leefden op dadels. Vaak gebeurde het dat zelfs als ze een klein stukje brood wisten te krijgen, gaven ze het aan mij en vertikten het, het zelf op te eten. Als ik het hen ooit in verlegenheid terug zou geven, zouden ze erop staan dat ik het aannam.”

Sir William Muir geeft toe dat deze gevangenen vriendelijk werden behandeld in de volgende woorden: “In navolging van de bevelen van Mohammed (sa), boden de burgers van Medina en degenen onder de vluchtelingen die al huizen van henzelf hadden, onderdak aan de gevangenen en behandelden hen met veel waardering. ‘Zegeningen zij met de mannen van Medina!’ zei een van deze gevangenen later: ‘ze lieten ons rijden terwijl zij zelf liepen: ze gaven ons tarwebrood te eten toen er weinig van was en namen zelf genoegen met dadels.’ Het is niet verwonderlijk dat toen, enige tijd later, hun vrienden kwamen om hen vrij te kopen, verschillende onder de gevangenen die zo werden behandeld, zichzelf aanhangers van de Islam verklaarden’. Hun vriendelijke behandeling werd verdergezet en liet een gunstige indruk achter, zelfs op degenen die niet onmiddellijk de Islam aanvaarden.”

Zijne Heiligheid (aba) citeerde ook Hazrat Mirza Bashir Ahmad (ra), die schreef: “De slag bij Badr had een diepgaand en blijvend effect op zowel de ongelovigen als de moslims. Het is om deze reden dat deze slag een bijzondere betekenis heeft in de geschiedenis van de Islam. In zo’n mate dat de Heilige Koran naar deze slag refereert als “Yaumul-Furqan”. Dit betekent “de dag waarop een duidelijk onderscheid werd gemaakt tussen Islam en ongeloof”. “Voorwaar, op die dag werd de wortel van de ongelovigen afgesneden” (De Heilige Koran, 8:8). De leiders waren de drijvende kracht van de Qoeraisj. Deze geest vloog weg van de Qoeraisj in de vallei van Badr voor altijd, en zij bleven achter als een levenloos lichaam. Het is om deze reden dat de slag bij Badr de naam Yaum-e-Furqan heeft gekregen.”

Zijne Heiligheid (aba) zei dat de Heilige Profeet (sa) zei dat hij vertrouwde dat niemand onder degenen die deelnamen aan de slagen bij Badr en Hudaibiyah, de hel zou binnengaan. Aan het einde van zijn preek gaf Huzur (aba) waardevolle richtlijnen voor de vrijwilligers van Jalsa.