Samenvatting vrijdagpreek 13 Sept 2024 – Mohammed (sa): Het Grote Voorbeeld

KJ-Summary-NL-20240913           KJ-Summary-UR-20240913

KJ-Summary-BN-20240913

 

Samenvatting vrijdagpreek 13 September 2024
Gegeven door Hazrat Khalifatul Masih V (aba)

Voortgaand met het leven van de Heilige Profeet (sa), sprak Huzoor-e-Anwar (aba) over de Slag van Ahzab. Hij legde uit hoe, door het verbreken van hun pact en de vijandigheid van de Joden van Khaybar, een coalitie van ongelovigen opkwam met als doel de moslims te vernietigen. Toen werd besloten om een greppel te graven. De Heilige Profeet (sa) besteeg zijn paard en inspecteerde de plek voor het kamp. Het werk begon, wanneer de moslims het gereedschap ter hand namen. De metgezellen werden ingedeeld in teams van tien, met elk team verantwoordelijk voor een stuk van ongeveer 40 meter. De Heilige Profeet (sa) hielp zelf mee door aarde te dragen en mee te graven. Wanneer een team klaar was met hun deel, hielpen zij de anderen.

Het was onmogelijk om zo’n groot leger van ongelovigen verborgen te houden, en door de methoden van de Heilige Profeet (sa) werd duidelijk dat de vijand een groot leger voorbereidde voor de aanval. Medina was aan drie kanten beschermd door huizen, bergen en dadelpalmbomen, met de enige kwetsbare kant richting Syrië. Daarom werd besloten de greppel aan die kant te graven.

Er werd overlegd of Hazrat Salman farsi (ra) bij de Ansar of de Muhajireen hoorde. De Heilige Profeet (sa) maakte een einde aan deze discussie door te verklaren dat Hazrat Salman Farsi (ra) tot zijn huishouden behoorde, zeggend: “Salman is een van ons, van de Ahl al-Bait” (de familie van de Profeet). Tijdens de strenge winter hielpen de moslims mee met het graven van de greppel, waarbij de Heilige Profeet (sa) in hoogst eigen persoon, aarde droeg en hen aanmoedigde door poëzie te reciteren.

Er zijn verschillende verslagen over de duur van de graafwerkzaamheden. Maar algemeen wordt aangenomen dat het ongeveer 15 dagen tot een maand duurde. De greppel was ongeveer 6000 meter lang (3,5 mijl), 13 tot14 voet breed en 10 tot 11 voet diep. Deze greppel bleef eeuwenlang bestaan, totdat hij uiteindelijk werd weggespoeld door waterstromen en het dal van Bathan. Historici uit de 6e eeuw Hijri vermeldden het nog, maar tegen de 9e eeuw was het gebied van de greppel ingenomen door de stroom in het Bathan-dal.

In die dagen heersten angst en bezorgdheid in Medina. De ongelovigen, op zoek naar voorwendsels, keerden terug naar hun kampen. Omdat de greppel buiten de stad Medina werd gegraven, verbleven de vrouwen van de Heilige Profeet (sa) in de versterkte wijken van de stad. Hazrat Aisha (ra) en af en toe andere vrouwen van de Heilige Profeet (sa) kwamen bij de Heilige Profeet (sa), terwijl de rest in de andere versterkte wijken bleef.

Tijdens het graven van de greppel deed zich een voorval voor waarbij een steen niet brak. De Heilige Profeet (sa) bad tot Allah, goot wat water over de steen en deze werd zo zacht als zand. Een andere keer lukte het Hazrat Salman Farsi (ra) niet om een steen te breken, waarop de Heilige Profeet (sa) de houweel overnam en de steen sloeg. Bij elke slag verscheen er een licht, en de Heilige Profeet (sa) riep “Allahu Akbar” (Allah is de Grootste). Na drie slagen brak de steen. Toen Hazrat Salman Farsi (ra) vroeg naar het licht, legde de Heilige Profeet (sa) uit dat het eerste licht hem de paleizen van Kisra (de Perzische koning) toonde, en dat zijn Ummah die zou overwinnen. Het tweede licht onthulde de rode paleizen van Rome, die zijn Ummah ook zou veroveren, en het derde licht toonde de paleizen van Sana’a met dezelfde voorspelling. Iedereen prees Allah en erkende de belofte als waar.

Midden in deze tegenspoed gaf Allah de moslims deze blijde tijdingen, wat hun moraal enorm versterkte. De ongelovigen spotten echter met deze voorspellingen, zeggend dat zij greppels groeven terwijl ze niet eens de kracht hadden om het kamp te verlaten. Als antwoord openbaarde Allah de volgende vers: “En toen de huichelaars en zij in wier hart een ziekte is, zeiden: “Wat Allah en Zijn boodschapper ons beloofden was slechts bedrog.”” [Al-ahzab: 13]. Later zagen de mensen echter dat tijdens de kalifaten van Hazrat Abu Bakr en Umar (ra), die paleizen inderdaad werden veroverd, en dat de eens zo machteloze gelovigen de erfgenamen van deze paleizen werden. Hazrat Salman Farsi (ra) getuigde dat hij al deze overwinningen zelf had meegemaakt.

Een ander wonderbaarlijk voorval tijdens het graven van de greppel betrof voedsel. De metgezellen hadden al drie dagen geen proviand, en de Heilige Profeet (sa) had vanwege de honger een steen om zijn buik gebonden. Hazrat Jabir ibn Abdullah (ra) vroeg toestemming om naar huis te gaan om wat voedsel te bereiden. Het eten was echter weinig, dus Jabir nodigde alleen de Heilige Profeet (sa) uit. Toen de Heilige Profeet (sa) hoorde over het weinige voedsel, nodigde hij alle metgezellen uit. Hij zegende het eten door zijn speeksel eraan toe te voegen en ervoor te bidden. Hazrat Jabir (ra) vertelt dat meer dan duizend mensen ervan aten, terwijl het voedsel niet verminderde.

Meer details over de Slag van Ahzab zullen, Insh’Allah, later worden gedeeld. Blijf speciaal aandacht besteden aan gebeden. Moge Allah ons geloof versterken, de Ahmadi’s wereldwijd beschermen en de wereld behoeden voor de rampspoed waarin ze dreigt te vervallen. Moge Allah genade tonen. Allah, die de Bezitter van alle macht is, kan deze mensen nog steeds redden als zij zich richten op hervorming. Moge zij dit inzien. Ameen.