“De relatie die je het meest moet versterken, is je relatie met Allah de Almachtige.”– Hazrat Mirza Masroor Ahmad
Op 25 oktober 2025 had het wereldhoofd van de Ahmadiyya Moslimgemeenschap, de vijfde kalief, Zijne Heiligheid Hazrat Mirza Masroor Ahmad, een ontmoeting met een delegatie van 25 leden van Majlis Khuddam-ul-Ahmadiyya (Ahmadiyya Moslim Jeugdvereniging) uit het middenwesten van de VS.
Zijne Heiligheid zat de bijeenkomst voor vanuit de MTA Studios in Islamabad, Tilford.
Bij zijn aankomst in de studio begroette Zijne Heiligheid de delegatie. Vervolgens werd elke deelnemer uitgenodigd om zichzelf en zijn of haar familieachtergrond voor te stellen en te vertellen over zijn of haar professionele of academische bezigheden. Daarna kregen de leden de gelegenheid om Zijne Heiligheid om advies en begeleiding te vragen over een breed scala aan onderwerpen.
Toen Zijne Heiligheid opmerkte dat sommige leden van de Khuddam-delegatie Waqf-e-Nau waren, mensen die hun leven hebben gewijd aan het dienen van hun geloof, gaf hij hen advies en benadrukte hij nogmaals het belang van regelmatigheid in hun spirituele inspanningen.
Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde:
“Waaqifeen-e-Nau moeten zich inspannen om de vijf dagelijkse gebeden te verrichten, de Heilige Koran te reciteren en de vertaling ervan te lezen. Alleen dan kun je echt een Waqf-e-Nau zijn, anders kun je je belofte niet nakomen.”
Een van de aanwezigen vroeg Zijne Heiligheid om uitleg over waarom volgens de islamitische leer de beloning voor een goede daad zwaarder weegt dan de straf voor een slechte daad. Zijne Heiligheid legde uit dat Allah de Almachtige heeft gezegd dat Hij een gelovige dubbel zal belonen voor zijn goede daden en dat dit een teken is van de vrijgevigheid van God de Almachtige.
Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde:
“Allah de Almachtige is barmhartig. Hij wil dat mensen, die Hem gehoorzamen, goede beloningen kunnen krijgen. Daarom zegt Hij: ‘Als je goede daden verricht, zal ik je een dubbele beloning geven, of zelfs meer dan dat.’ En als je een slechte daad verricht, word je alleen gestraft voor die specifieke daad. Eén zonde wordt slechts als één zonde geteld, en één goede daad wordt als een dubbele of meer dan dat geteld… Je slechte daden worden één keer geteld, terwijl goede daden twee keer of meer worden geteld – ze heffen je slechte daden op. Dat is dus de barmhartigheid van Allah. Het toont aan dat Allah altijd barmhartig is. Je moet blij zijn dat Allah je goede beloningen geeft… Allah vergeeft de zonden van Zijn dienaren. We moeten God de Almachtige dankbaar zijn voor dit gebaar, Hem meer dan voorheen gehoorzamen en onze plichten jegens Hem vervullen.”
Een andere aanwezige vroeg Zijne Heiligheid hoe men moet reageren als men getuige is van vals spel of ongepast gedrag tijdens sportwedstrijden en competities die worden georganiseerd door de Jama’at (Ahmadiyya Moslimgemeenschap).
Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:
“De betrokkenen moeten de geest van sportiviteit belichamen. Onze wedstrijden worden niet georganiseerd met het oog op competitie, noch om een winnaar of verliezer aan te wijzen. Het is geen kwestie van leven of dood. Spelen moeten dus met dit begrip worden benaderd en er moeten inspanningen worden geleverd met betrekking tot Tarbiyyat (moreel gedrag), waarbij leden van het uitvoerend orgaan, de voorzitter van de Ahmadiyya Muslim Youth Association, de secretaris van Tarbiyyat en ook ouders betrokken zijn. Het is ieders verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat de morele opvoeding van kinderen zodanig is dat zij zich bewust zijn van het gedrag dat zij te allen tijde moeten vertonen, ook op het veld of tijdens wedstrijden. Af en toe komen er tijdens wedstrijden conflicten voor, en kunnen individuen of hun teams als straf voor een periode van één of twee jaar worden geschorst. Als er echter gezamenlijke inspanningen worden geleverd om de deelnemers moreel te vormen, kunnen dergelijke incidenten worden voorkomen en zou niemand zich op deze manier gedragen.
Daarna vroeg een andere Khadim aan Zijne Heiligheid hoe men zichzelf en zijn kinderen kan beschermen, zodat het nastreven van onderwijs en carrière niet leidt tot materialisme of iemand afleidt van de herinnering aan God Almachtige.
Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde:
“Geef hen (kinderen) het goede voorbeeld, bid vijf keer per dag, bid voor uzelf en uw kinderen, [bid dat] Allah de Almachtige u vroom maakt en u en uw kinderen op het rechte pad houdt… Daarnaast moet u met hen communiceren. Als het niet dagelijks kan, moet het hele gezin minstens één keer per week bij elkaar zitten om verschillende geloofskwesties te bespreken of op zijn minst naar MTA of de Dars (religieuze lezingen) te luisteren. Bespreek al deze zaken, zodat zij op deze manier zullen beseffen dat hun religie en hun geloof ook iets is dat voorrang moet krijgen. Als zij begrijpen dat hun ouders hun religie en geloof boven alles stellen, zullen zij in hun voetsporen treden.”